We hebben dit keer Han de Goederen een aantal vragen mogen stellen. Han is al 66 jaar lid van de RZV en ook dankzij zijn grote inzet ook Lid van Verdienste. Lees het interview om Han (nog) beter te leren kennen.
Wanneer en waarom ben je lid geworden van de RZV?
In 1957. Ik was 13 jaar. Mijn vader was lid en je moest lid worden wanneer je 12 jaar was (dus eigenlijk een jaar gesmokkeld). We woonden om de hoek en hadden een Regenboog in de haven liggen. Mijn twee broers en ik speelden en zwommen veel op en in de haven.
Hoe kijk je terug op de historie van onze vereniging?
Een mooie historie zeker. In ons jubileumboek “100 jaar RZV” hebben we dit uitgebreid beschreven.
Wat is voor jou een moment waar je plezierige herinneringen aan hebt?
Het overgrote gedeelte heb ik die uit mijn jeugd gehad: leren zwemmen en veel varen met bootjes. In het weekend waren we altijd op de vereniging, zoals iedereen uit de buurt toen, vanaf zaterdagmiddag tot zondagavond.
Je hebt veel gezeild, in welke klasse ben je begonnen?
Ik was 7 jaar toen ik in de 12-voetsjol als bemanning begon. Mijn broers en ik zaten op het balkon van de RZV te wachten of we mee mochten als ballast wanneer er veel wind stond. De 12-voetsjolzeilers vroegen niet hoe je heette maar hoeveel je woog. Twee keer in het jaar werd de Van Dusseldorf beker en de Miss Blanche beker op de Kralingse Plas verzeild (6 wedstrijden in anderhalf weekend, zaterdagmiddag 2 en zondag 4 wedstrijden). Ik was 27 kg toen ik voor het eerst mee mocht als bemanning in de jol.
En daarna?
Vanaf mijn 10e jaar heb ik Pluis gevaren. Oefenwedstrijden en Voor- en Nakaag op de Kagerplassen. Daarna Vrijheid en 12-voetsjol. Tijdens Pinksteren gingen we naar Reeuwijk voor wedstrijden en regelden wel een bootje van iemand die je graag mee wilde hebben. Je voer dan op zaterdagochtend vanaf de Kralingse Plas naar de Leuvenhaven waar een binnenvaartschip de bootjes meenam, Kleine boven op het denk, Vrijheidjes slepend erachter. Vanaf Gouda weer op eigen kracht naar Reeuwijk, door sluizen en onder bruggen door. Maandag 2e pinksterdag weer terug naar Rotterdam.
Na de Pluis kwam de Regenboog (nummer 17) die we hadden liggen op de RZV. Op woensdagmiddag mochten we (mijn twee broers en ik) van mijn vader op de plas varen (op voorwaarde dat mijn moeder wel mee moest) maar die zetten we na een uurtje weer af “omdat de aardappelen opgezet moesten worden” en gingen de broers zonder moeder verder varen. We waren toen 13 – 14 jaar.We werden ook door John Hofland sr. gevraagd als bemanning in de Regenboog. Zo hebben we al op jonge leeftijd veel wedstrijdervaring opgedaan gedurende een aantal jaren.Onze Regenboog was ook ons moederschip voor wedstrijden op de Kaag, Alkmaar en Loosdrecht.
Later heb ik zelf een 12-voetsjol gekocht, opgeknapt en mee wedstrijd gevaren. Daarna een Boeier aangeschaft om met vrouw en kinderen de weekenden en vakanties door te brengen. Na de Boeier heb ik de Hallberg-Rassy gehad.
Je bent ook actief geweest bij het organiseren van zeil- en surfwedstrijden, niet alleen een aantal jaren geleden nog als wedstrijdleider van de woensdagavonden maar ook in het verleden (inter)nationaal. Wat kun je daarover vertellen?
Ik ben 25 jaar wedstrijdleider van ons RZV-comité geweest tijdens de Spa Regatta. We hebben in al die jaren op verschillende banen voor diverse klassen de wedstrijden georganiseerd. Er werd in die tijd iets nieuws uitgeprobeerd; in principe geen general recalls! Maar dat was wel veel werk (vooral kijken en schrijven) voor het comité. Bij de bovenboei werden de te vroeg gestarte boten eruit gepikt. Maar het hielp wel! Want er waren wel degelijk minder te vroege starts. Op een gegeven moment werd het wel saai omdat niemand te vroeg startte. Omdat veel wedstrijdcomité ’s het niet goed lukte om alle boten te kunnen identificeren is het plan uiteindelijk niet doorgegaan.
Ik ben ook nog een aantal jaren wedstrijdleider geweest bij het surfen. Dit waren meestal teamwedstrijden op Sardinië, Gardameer en voor Marseille.
Je was vele jaren bestuurslid van de RZV. Welke functies bekleedde je en wanneer was dat?
Ik heb 9 jaar in het bestuur gezeten, 2 jaar als havencommissaris en 7 jaar als secretaris. Mijn voorganger vond dat de functie secretaris mij niet zou passen omdat ik niet kon typen. Mijn reactie was toen “geef me dan maar een typemachine met correctielint”. Het probleem werd vanzelf opgelost: ik leerde Astrid in die tijd kennen die voor mij het nodige typewerk deed.
In die tijd zat ik ook in de commissie “Watersporten” van de Dienst van Sport en Recreatie van de gemeente namens alle verenigingen van de Kralingse Plas. Ik had daardoor contact met verschillende ambtenaren.
Hoewel het geen RZV is ben ik ongeveer 25 jaar lang voorzitter geweest van de watersportvereniging “Waterman” in Hellevoetsluis waar mijn boot ligt. Ik ben daar toen met onze Boeier gaan liggen toen de haven net werd geopend. De palen werden voor onze boot speciaal op maat geslagen. Inmiddels ben ik daar nu erevoorzitter.
Ging het toen allemaal net zo als tegenwoordig? Geen internet, geen emails, alles via telefoon en geschreven of getypte documenten.
Ja dat ging wel anders maar ik belde heel veel en dat werkte veel beter (en nu nog trouwens). We kwamen ook veel bij elkaar op de vereniging om het e.e.a. te bespreken en te vergaderen. Behalve dat het nuttig was, was het ook reuze gezellig.
Wat wil je onze jongere leden meegeven over het verenigingsleven?
Wat meer leven in de brouwerij brengen en meer betrokkenheid van jeugd en jongeren bij de vereniging. Het gaat de laatste tijd al steeds beter: de JZO-opleiding zit vol, de studenten varen veel en zijn zeer actief, en nu wordt er voor de jongere leden de vrijdagmiddagborrel georganiseerd. Ook zien we ook steeds meer jongere zeilers meedoen aan de Woensdagavondwedstrijden.
Waar moeten we volgens jou vooral de komende jaren vast blijven houden als vereniging?
Het vinden van (meer) vrijwilligers, commissies en zeker daarbij enthousiastelingen die deze commissies aansturen en/of in leven houden. Gezelligheid moet daarbij voorop staan. En alles op de club.
Onze RZV-vlet is een “kindje” van je. Daar heb je veel aan gewerkt.
Ik heb er inderdaad veel aan gewerkt. De vlet is helemaal kaal geweest en weer opgebouwd, schroefaskoker, schroef, betimmering, een elektromotor. Ik heb daar samen met anderen veel werk aan gehad. Mijn “kindje”? Uiteindelijk ben ik wel blij dat die geboren is!
Wat is je spannendste of mooiste zeiltocht geweest?
We hebben onze Hallberg-Rassy destijds in Denemarken gekocht. We hebben toen een lange tijd op de Oostzee gevaren voordat we terug naar Nederland keerden. Ik vond het daar heerlijk varen.
Nu heb je hem ingeruild voor een motorboot. Hoe bevalt het vertoeven op het water zonder zeil?
Eigenlijk was het pure armoede omdat je toch wat ouder wordt. Toen de sluismeester mij laatst vroeg hoe het mij beviel was mijn antwoord “Het zeilt voor geen meter!” Uiteindelijk is het prima varen en genieten van de watersport.
Wil je verder nog iets kwijt?
Ik ben zeker tevreden met onze nieuwe voorzitter. Hij houdt van zeilen, ziet de problemen (hoewel hij beseft dat niet alles tegelijk opgelost kan worden). Ook dat de club meer open is en dat e.e.a. daarvoor juridisch goed is geregeld en dat in de nabije toekomst men zonder dat je lid bent welkom bent.
Het gebruik van de vereniging zou nog wat beter moeten worden, zeker voor degenen die daar met een boot liggen.